12 augustus 2014
Werknemer is bij werkgever in dienst getreden als chauffeur onder een vrouwelijke naam, terwijl zij officieel nog van het mannelijke geslacht was. De arbeidsovereenkomst vermeldt in de aanhef dat werknemer ongeveer een maand na aanvang van het contract volgens een beschikking van de rechtbank officieel door het leven zal gaan onder haar vrouwelijke naam. Werknemer zat in een langdurig traject van geslachtwijziging, waarbij dat traject zou worden afgesloten met een geslachtsveranderende operatie.
Bij het aangaan van de arbeidsovereenkomst was bij werkgever bekend dat werknemer in een traject zat om te komen tot een geslachtsverandering. Werkgever heeft geen aanleiding gezien om af te zien van het aannemen van werknemer en werkgever heeft, toen hij naar eigen zeggen op de hoogte kwam van de ware aard van de problematiek op dat moment, geen reden gezien om met een beroep op dwaling de arbeidsovereenkomst te vernietigen, dan wel werknemer op staande voet te ontslaan. Werkgever dient op grond daarvan in ieder geval zijn werkgeversverplichtingen ten volle na te komen.
Werkgever heeft aangevoerd dat het ondergaan van een geslachtsveranderende operatie een ingreep is van cosmetische aard en dat de gevolgen hiervan, waaronder een periode van arbeidsongeschiktheid, voor rekening en risico van werknemer dienen te blijven.
Oordeel kantonrechter
De kantonrechter is het niet met werkgever eens en is van oordeel dat het ondergaan van een geslachtsveranderende operatie een medisch noodzakelijke ingreep is die moet plaatsvinden in het kader van het gehele traject van geslachtsverandering. Dit houdt in dat het uitvallen van werknemer als gevolg van het ondergaan van de geslachtsveranderende operatie moet worden gezien als ziekte in de zin van artikel 7:629 BW. Werkgever heeft volgens de kantonrechter ten onrechte een bedrag ingehouden op het loon van werknemer en de loonvordering van werknemer wordt derhalve toegewezen. Omdat het loon niet tijdig is uitbetaald aan werknemer, is werkgever ook de wettelijke verhoging over het loon verschuldigd op grond van artikel 7:625 BW, alsmede de wettelijke rente.
Juridische tip
Het is van belang zorgvuldig om te gaan met inhoudingen op het loon van werknemer, ook al lijkt dit soms gerechtvaardigd. Indien namelijk achteraf blijkt dat de inhouding niet terecht was, dan kunt u naast het loon ook de wettelijke verhoging, de wettelijke rente alsmede de proceskosten verschuldigd zijn en dit kan aardig in de kosten lopen. Heeft u vragen over arbeidsongeschiktheid of over arbeidsrecht in het algemeen, neem dan gerust contact op.
Joost Hofman
